• Home
  • Nieuws
  • 8 mythes over persoonlijke beschermingsmiddelen ontkracht

8 mythes over persoonlijke beschermingsmiddelen ontkracht

Veel mensen zien persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) als ‘last resort’ voor bescherming. Wanneer collectieve bescherming niet meer kan of niet werkt, moet je PBM’s inzetten.

Ook bestaan er nogal wat misverstanden over PBM’s. Misverstanden die ervoor zorgen dat je minder goed beschermd bent.

Goed beschermd

Ga jij binnenkort PBM’s kopen? Of ben je je aan het oriënteren? Het is belangrijk dat je de juiste PBM’s kiest voor de specifieke werkomstandigheden in je organisatie en natuurlijk voor de werkzaamheden zelf. Ga niet zomaar de goedkoopste producten aankopen.

De medewerkers in je organisatie zijn dan niet optimaal beschermd tegen bijvoorbeeld gevaarlijke stoffen, elektriciteit, brand, koude of regen. En dat is precies het doel van een PBM!

8 mythes over persoonlijke beschermingsmiddelen

Er heerst heel wat verwarring over PBM’s en het gebruik ervan. Net omdat ze zo persoonlijk zijn. Daarom willen wij deze mythes eens en voor altijd de wereld uit helpen.

#1 “Zolang ik mijn PBM’s draag, ben ik veilig”

 

Deze mythe is half juist. Je moet alleen nog het woordje ‘correct’ toevoegen.

Iedereen kan persoonlijke beschermingsmiddelen dragen. Maar het is belangrijk dat je ze juist en op de correcte manier draagt. Alleen dan ben je goed beschermd tegen de risico’s op de werkvloer.

“It’s not PPE, if it doesn’t fit.”

Enkele voorbeelden van correct gebruik van beschermende producten:

  • Heb je jouw valharnas aangetrokken volgens de regels van de kunst?

  • Draag je vlamvertragende werkkleding op de juiste manier? De juiste manier is: alle knopen dicht, mouwen volledig naar beneden en je shirt in je broek.
     
  • Is de levensduur van je veiligheidshelm overschreden?

#2 “Het maakt niet uit wie de fabrikant is, alle PBM’s zijn toch hetzelfde.”

 

Deze mythe klopt niet. Het is juist belangrijk om kritisch te kijken naar de fabrikant. Voldoet het PBM wel aan bepaalde minimum standaarden en veiligheidsnormen? En zijn er zaken die het comfort en de prestaties sterk beïnvloeden?

Meestal komen fabrikanten met nieuwe technologieën op de markt die de prestaties van een persoonlijk beschermingsmiddel sterk beïnvloeden.

Denk maar aan het lichte, maar zeer sterke Dyneema®Diamond bij snijbestendige handschoenen. Dit materiaal maakt zijn opmars als vervanging van glasvezel.

#3 “Onderhoud of reiniging van PBM’s is niet belangrijk.”

 

Ook dit is niet waar! Als je persoonlijke beschermingsmiddelen goed verzorgt en onderhoudt, gaan ze langer mee. Met het oog op duurzaamheid en de kosten van de PBM’s, is onderhoud dus belangrijk.

Onderhoud van valbeveiliging is zelfs verplicht. Elk PBM voor valbeveiliging dat draagbaar is, moet minstens 1 keer per 12 maanden of na een val geïnspecteerd worden. In België moet een onafhankelijke instantie dat doen, in Nederland en Frankrijk een bevoegd, en waar van toepassing door de fabrikant geautoriseerd persoon.

Ook werkkleding zelf wassen is niet zo’n goed idee. Je kan ermee je persoonlijke kleding verontreinigen of de beschermende eigenschappen uitwassen.

#4 “Ik hoef me niet te scheren als ik een ademhalingsmasker draag.”

 

Scheer je toch maar even voordat je een ademhalingsmasker opzet. Een baard of snor verlaagt namelijk de bescherming tegen gevaarlijke dampen en stoffen. De haartjes zorgen voor allerlei kleine lekkages, die samen een grote impact hebben.

Nog niet overtuigd van de noodzaak van scheren? Een lekkage van een halve procent langs het masker komt overeen met maar liefst 10 keer meer onzuivere lucht in je mond en longen.

Een goede manier om te kijken of je adembeschermingsmiddel strak aansluit op je gelaat, is om een face fit test te laten uitvoeren.

#5 “Ik kan mezelf beter overbeschermen.”

 

Deze denkwijze is pure overkill en kan zelfs gevaarlijk zijn. Het leidt tot juist meer (onnodige) risico’s. Wanneer je bijvoorbeeld te veel of te zware beschermende kleding draagt, stijgt de kans op hittestress.

Geeft de risicoanalyse aan dat een chemische overall van type 5 of 6 voldoende is? Dan hoef je helemaal geen type 3, wat meer beschermd, te gebruiken.

#6 “Als ik aan elektriciteit werk, heb ik antistatische PBM’s nodig.”

 

Heel vaak krijgen we de vraag welke PBM’s je moet gebruiken om veilig aan elektrische installaties te werken. Een logische vraag, want werknemers die werken met elektriciteit lopen verschillende risico’s: elektrocutie, explosiegevaar, brand en ga zo maar door.

Antistatische veiligheidsmiddelen beschermen inderdaad tegen bepaalde gevaren die samenhangen met elektriciteit.

Als er risico is op brand of explosiegevaar, moet je antistatische PBM’s dragen. Antistatisch betekent letterlijk ‘zorg ervoor dat ladingen afgevoerd worden’. Dit zijn bijvoorbeeld werkschoenen met een antistatische zool (S1, S2 en S3) en antistatische kleding (EN 1149-5).

Als je geïsoleerd werkt, moet je PBM’s dragen die isoleren en beschermen tegen elektrocutie. Isolerend betekent ‘zorg dat er geen elektrische stroom via het materiaal kan worden doorgegeven’. Denk hierbij aan isolerende handschoenen, isolerende schoenen of isolerende matten.

S1, S2 en S3 werkschoenen hebben altijd een antistatische zool met een doorgangsweerstand tussen 105Ω en 109Ω. Deze weerstand beschermt tegen elektrische schokken tot maximaal 250 volt AC. Werk je met hoogspanning, dan raden we deze isolerende laars aan.

#7 “Permeatietijd optellen is niet gevaarlijk”

 

De permeatietijd, of doorbraaktijd, geeft aan hoe lang het duurt voordat een chemische stof op moleculair niveau door het materiaal van een PBM dringt. Dat is bij chemisch bestendige handschoenen natuurlijk een heel belangrijke keuzefactor. Maar bekijk ze wel steeds kritisch.

Chemicaliën en hun doorbraaktijden worden steeds getest onder optimale laboratoriumomstandigheden. In de praktijk zijn er echter verschillende factoren die deze tijden beïnvloeden. Hierdoor zijn bijvoorbeeld handschoenen minder veilig dan je denkt op basis van de testresultaten.

Vervang je handschoenen dus zo snel mogelijk wanneer je je job hebt afgerond. Zodra je in contact komt met een chemische stof, start permeatie en degradatie van het materiaal.

#8 “Ik mag mijn naam op een veiligheidshelm schrijven”

 

Het lijkt zo handig: je ziet meteen welke helm van jou is. Toch is erop schrijven geen goed idee. Een veiligheidshelm is een erg sterk persoonlijk beschermingsmiddel - zolang je het op de juiste manier gebruikt.

Wanneer je met een markeerstift iets op een helm schrijft, ontstaat er een chemisch proces dat het materiaal aantast. Stiften bevatten vaak weekmakers die de veiligheidshelm minder sterk maken. De sterkte van de helm is dus niet meer verzekerd. En je bent niet meer optimaal beschermd op je werkplek.

De beste manier om een logo of naam op een helm te zetten, is door speciale helmstickers te gebruiken. Of laat het simpelweg over aan de fabrikant of distribiteur. Dan weet je zeker dat het goed gebeurt en dat de helm jou nog steeds goed beschermt.